Burgemeester Bolding spreekt met Hogelandster Oekraïners

WINSUM – Zaterdagochtend ontving burgemeester Henk Jan Bolding in het gemeentehuis in Winsum ruim 30 inwoners van Het Hogeland met een Oekraïense en Russische achtergrond om te praten over de situatie rondom de Oekraïne. Mensen vertelden over hun eigen ervaringen en ervaringen van in de Oekraïne achtergebleven familie.

Burgemeester Henk Jan Bolding noemt de gesprekken indrukwekkend. “Ik heb grote zorgen gehoord. Over verscheurde gezinnen. Vrouwen en kinderen die zijn gevlucht zonder echtgenoten en zoons omdat mannen tussen de 18 en 60 jaar aan de militaire dienst zijn gebonden. Familieleden die tegen elkaar moeten vechten, omdat de een in Rusland woont en de ander in de Oekraïne. Hartverscheurend. Lege winkels, verlies van werk door sancties, kinderen die in kelders slapen met pannen op hun hoofd, ter bescherming tegen bombardementen. Veel emoties, zo begrijpelijk ook.”

“Ik ben ongelooflijk blij met alle initiatieven van onze inwoners”

Een groot aantal van de aanwezige mensen meldde zich vanochtend aan als tolk. Wanneer de eerste Oekraïense vluchtelingen naar Het Hogeland komen, kunnen mensen in hun eigen taal horen wat ze moeten doen voor registratie bij de gemeente, hoe de opvang is georganiseerd en waar ze terecht kunnen met vragen. Per locatie komt er een gemeentelijke locatiemanager als eerste contactpersoon voor vluchtelingen. Het crisisteam Opvang van de gemeente coördineert de informatie aan vluchtelingen via de locatiemanager en een Oekraïens sprekende tolk. Mensen vertelden ook over acties die ze zelf hebben opgezet. Zoals een voormalige Oekraïense man die werkt bij een bakkerij in Middelstum. Daar is een bankrekening geopend, waar al 120.000 euro op staat. Een sponsorloop van het Maartenscollege waarbij meer dan 10.000 euro is opgehaald. “Ik ben ongelooflijk blij met alle initiatieven van onze inwoners”, zegt Henk Jan Bolding. “Ik verwijs daarom graag naar de Facebookpagina Het Hogeland helpt Oekraïne. Daar worden lokale initiatieven en acties in beeld gebracht. Wie mee wil helpen, kan zich daar melden. Vanaf woensdag gaat hiervoor een speciale website online. Die maken we bekend op onze website.”