Beschermd wonen wordt vanaf 1 januari volgend jaar taak van elke gemeente 12 januari 2021 DEN HAAG – Per 1 januari 2022 wordt begonnen met de decentralisatie van beschermd wonen. Hiermee gooit de regering weer een deel van de sociale zorg over de schutting. Dat betekent dat niet alleen de 43 centrumgemeenten, maar alle 355 gemeenten zich volledig gaan inzetten voor inwoners die in aanmerking komen voor beschermd wonen en daartoe alle regionale samenwerkingsafspraken hebben gemaakt. Vanaf 1 januari 2023 komt er een nieuwe financiële verdeling over gemeenten en een zogeheten woonplaatsbeginsel. Daarmee wordt geregeld dat gemeenten voortaan verantwoordelijk zijn voor beschermd wonen voor de psychisch kwetsbare eigen inwoners en daartoe ook in staat zijn, omdat ze daarvoor ook de middelen ontvangen. Dat staat in de voortgangsrapportage beschermd wonen en maatschappelijke opvang, die de staatssecretaris van VWS naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Staatssecretaris Blokhuis is blij met deze stap: “Met deze beweging kunnen we mensen met een psychische kwetsbaarheid in de toekomst beter ondersteunen in hun woonomgeving. Natuurlijk op een beheerste, zorgvuldige manier. En we ondersteunen gemeenten bij deze beweging waar nodig.” Om psychisch kwetsbare mensen meer volwaardig te laten deelnemen aan de maatschappij kan hulp het beste worden geboden vanuit een thuisomgeving in de eigen wijk, meent de minister. De regio’s voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang bereiden deze beweging voor. Zij maken plannen en uitvoeringsafspraken met betrokken partijen, die voor 1 januari 2022 klaar moeten zijn. Een cruciale opgave voor alle gemeenten is het beschikbaar hebben van voldoende woningen voor deze kwetsbare doelgroep./Webredactie Nieuws