23 maart 202223 maart 2022 Onderdendam ( Gr. ) Woensdag 23 Maart 2022, 06u15 ( Wintertijd ) “OZO- wind. Windkracht 1. Van de wind merk ik niks, wanneer ik op het hoogholtje sta, het houten bruggetje over het Boterdiep. Het is mistig. Van hieruit zie ik mistbanken boven het land hangen van zeker tien tot vijftien meter hoog. Daarboven is het helder. Mussen [ Passer domesticus L. ] tsjilpen uitbundig in de heg rond mijn huis. In het zuidwesten hangt hoog aan de hemel een halve maan met de ronde kant naar links. De planeet Venus is al verdwenen. Op het de schuur van Jelte Verbree strijkt een Turkse tortel [ Streptopelia decaocto L. ] neer naast zijn partner. Ik ben laat voor mijn doen. Het forenzenverkeer richting Groningen is al druk op gang. Twee wilde eenden [ Anas platyrhynchos L. ], die op de aanlegbalk hebben zitten slapen, voelen zich gestoord door onze komst. Vliegen op en landen op het water. Daar zwemmen al drie soortgenoten rond. Ze sluiten zich daarbij aan en gaan in rechte lijn achter elkaar aan zwemmen. Op een of andere manier is het een bekend gezicht voor mij. Het ziet eruit als kinderen keurig in de rij op de speelplaats van een Belgische basisschool. Heden ten dage is dat daar nog zo . Maar toen ik een kind was , wist ik niet beter. Het is discipline waarin je je zonder pardon inschikte. Van de futen die hier gisteren aan het baltsen waren, geen spoor meer. Hoe dik de mist wel niet is, blijkt uit het feit dat de lichten van de spoorbrug in Bedum volledig verdwenen zijn van de aardbodem. Een motorrijder op de Middelstumerweg,-gisteren hoorde ik hem ook al, voert de snelheid weer op en laat zijn knalpot stevig klinken. Een paar knallen van jewelste. Onmiddellijk draait Nantske zich om en wil de brug af naar huis. Ik negeer dat hevig trekken aan de riem. Terwijl het geknal langzaam wegsterft, als de rijder bij de Tonnis Musschenga- brug arriveert, loopt ze tot mijn verrassing, toch gedwee met me mee naar beneden, de zestien treden van de brug af. Even later zet ik de eerste stappen op mijn wandelpad. Strategie Nantske blijft aan de lijn en dat had ik beter de hele wandeling kunnen doen. Want de bruine plakken vaste mest die rechts in de wei zijn rondgestrooid, liggen in het verder verloop van het pad waar ik haar los laat, voor het oog onzichtbaar verborgen in de berm. Feilloos weet ze hen met haar fijne neus te vinden, terwijl ze een meter of twintig voor me uitloopt. Maar voorlopig zit ze op het eerste stuk nog vast. Bij de verweerde hoekpaal op de grens tussen de wei van Annemarie de Haan en het perceel van Rozeboom is het fluitekruid [ Anthriscus sylvestris L. ] al opgeschoten tot een hoogte van zeker vijftien centimeter. Er wordt al wat ochtendgloren zichtbaar boven de blauwgrijze mistbanken in het oosten. Een heel zacht roze kleur laat zich daar zien, gevolgd door iets wat het dichtste bij geel komt, dan vervolgens verloopt naar doorzichtig blauw. Het lijkt op het introverte kleurenpalet van laat middeleeuwse schilderijen. Een groep van zes kokmeeuwen [ Larus ridibundus L. ] komt in zicht . Op dertig meter hoogte vliegen ze strategisch verspreid over het land. Die ogen ontgaat niets De zevende meeuw vliegt wat opzij van de groep in de achterhoede. Alsof hij als een soort pelotonscommandant is die de rest wil aanvuren. Een meerkoet keft in het Boterdiep richting Bedum. Heel in de verte komt er van een soortgenoot antwoord uit de noordoost- hoek van de Kardingemaar. De mist wordt dikker nu , hoger en breder. Daaruit komt ineens een Onbekende Fietser 6.0. te voorschijn. Een windjack aan, gedeeltelijk blauw, een lang, hoekig gezicht, donker brilmontuur en donker haar. Groet terug. En is prompt weer verdwenen. Zo snel dat het opeen geestesverschijning lijkt. Verbouwereerd sla ik de hoek om en kuier het lange stuk op richting het zuiden. Op tien meter hoogte kruist een aalscholver [ Pharacrocorax carbo L. ] het pad. Naar het zuidwesten gaat de reis. Dat kan het Boterdiep zijn maar ook het Reitdiep. Een aalscholver moet een pond vis zien te vinden om aan zijn dagelijks rantsoen te komen. Een zwarte kraai [ Corvus corone L. ] vliegt uit, scheert over de wei van Harm van der Giezen links. Roept twee maal onder het vliegen een positieroep . En merkwaardig, komt even later weer uit de mist tevoorschijn en keert terug vanwaar hij vandaan kwam. Te laat ontdek ik de Vrolijke Fietser die onder het passeren luidkeels “Goedemorgen, Kees “roept en ook wat tegen Nantske zegt die een meter of acht voor me loopt. Bij de waterzuivering worden zo te horen de kraaien en roeken die daar de nacht doorbrengen wakker. Achter de ree van herenboerderij de Haver een roffel hoge mitrailleurstoten: een scholekster [ Haematopus ostralegus L. ] begint te rellen in het immense perceel grasland van Harm van der Giezen dat helemaal tot aan het Boterdiep loopt. Weer een aantal meeuwen hoog boven me, zeker vijftig meter. Ze schreeuwen naar elkaar om de groep die heel chaotisch rondvliegt toch bij elkaar te houden. Maar vergis je niet. Dat op het eerste gezicht uit elkaar geslagen gezelschap vliegt rond met een bepaalde bedoeling. Ze struinen vanuit de lucht een heel groot gebied af. En blijven intussen voortdurend contact houden met elkaar. De zon komt te voorschijn, net boven de mistbank uit. Eerst is maar een topje van de rode schijf te zien. Dan raakt hij helemaal los uit de mist. Stijgt triomfantelijk de lucht in. Wint direct aan kracht. De donkerrode kleur verhevigt zich tot een intens oranjegeel. Op een gegeven moment staat hij precies achter de windmolen van Wouda . En lijkt als twee druppels water op het beeldmerk, ontworpen door Martijn Heemstra, van de dorps- energiecoöperatie ‘ EnergieK Onderdendam ‘. Een derde groep schreeuwende meeuwen verschijnt met dezelfde strategie als de vorige hierboven. Op het erf van Harm van der Giezen wordt met kuilvoer gereden. Een kraai landt in de linker esdoorn [ Acer pseudoplatanus L. ] bij de ingang van de ree naar de Haver. Zijn kompaan komt al snel bij hem zitten. Ze beginnen op een hoogte van dertien meter een gesprek met elkaar. Ergens hoor ik een scholekster weer rellen. De zon gaat nu steeds krachtiger schijnen. Maar dan heb ik mijn keerpunt al bereikt , de ree van boerderij de Haver. Draai me om en ga op de terugweg. Met vlaggen zwaaien Een meerkoet keft in de Havertsetocht. Links in de berm staat het fluitenkruid nog niet zo hoog. Slechts vijf centimeter. Nantske loopt nu twintig tot vijfentwintig meter voor me. Ik zie haar regelmatig de berm inschuiven en kauwen op iets. Roep haar tot de orde maar ik kan niet zeggen dat ze echt luistert vanochtend. Dat betekent minder hondenvoer vandaag. Er hangt nog steeds mist. Die is vooralsnog niet echt van plan te verdwijnen. Ik sla de hoek om voor het laatste stuk. Het is nu echt zeer druk op de wegen rondom Onderdendam. We zijn nu eenmaal een knooppunt van vier stromen verkeer uit heel Noord Groningen. Nantske begint in de berm op muizen te jagen. Een zwerm spreeuwen, zeker dertig stuks, ijlt over me heen naar het oosten. In de wei rechts zijn al een aantal meeuwen geland om nog wat eetbaars te zoeken in de drijfmest, die inmiddels wel opgedroogd is tot harde stroken. Een houtduif [ Columba palumbus L. ] zeilt vanuit de treurwilg de wei in en voegt zich bij hen. Al met al een geweldige lenteochtend. Het is openluchttheater van topkwaliteit. Maar tja, toch met een dubbel gevoel klim ik met Nantske het bruggetje op. Tien uur autorijden hier vandaan, sterven mensen, worden steden plat gebombardeerd. Met een cynisme wat sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer vertoond is in Europa, wordt getoond wat machtspolitiek echt vermag. En, ja, we kunnen hier in Nederland wel met Oekraïense vlaggen zwaaien maar ik denk dat het Poetin- regime daar niet echt van onder de indruk zal zijn. Militaire kracht dat is het enige waar deze bandieten naar luisteren. Verdomme, wat zijn we met zijn allen, links en rechts in Europa ontzettend naïef geweest al die tijd………………………………………………………( wordt vervolgd ) Iedere ochtend tussen 04u00 en 07u00 doet Kees Willemen, journalist en (politiek ) tekenaar uit Onderdendam (Gr.) een ‘Winkelhaakje ‘. Dat is een wandeling van ongeveer 25 minuten met zijn hond Nantske ( een elf jaar oude Golden Retriever –jachtlijn ) aan de oostkant van het Boterdiep in Onderdendam, een klein dorp van 595 inwoners , 14 kilometer ten noorden van de stad Groningen. Dit is al weer de zevende jaargang van ‘ De winkelhaak. ‘ Nieuws