5 april 20225 april 2022 Onderdendam ( Gr. ) Dinsdag 5 April 2022, 05u35 ( Zomertijd ): “NW- wind. Windkracht 3. In de praktijk waait het veel minder hard, zo blijkt, als ik met onze hond Nantske in het diepe duister de brug over het Boterdiep opklim. Het is de vijfde of misschien wel de zesde dag dat de verlichting in onze straat het nog steeds niet doet. En dat nota bene langs een provinciale weg waar dag en nacht veel vrachtverkeer op zit. Nantske doet wat afwezig en lijkt soms gedesoriënteerd. Ze is gisteravond plotseling ziek geworden, heeft vannacht regelmatig overgegeven en om half vier ben ik ook al met haar naar buiten geweest. Daar heeft ze alles wat nog in haar maag zat tot op het laatste brokje uitgekotst. Een wat wanordelijke ochtendwandeling wordt het dus, ben ik bang. Het is sowieso heel donker. Een laag wolkendek hangt van kim tot kim. Alleen in het noordoosten pinkelen wat toplichten van het windmolenpark bij de Eemshaven. Het grote park de Meeden in de buurt van de N33 lijkt volledig verdwenen. Heel vaag aan de oostelijke horizon komt de verlichting van het park bij Farmsum door de dikke wolken schijnen. Droog is het gelukkig wel na de vele regen die gisteren viel. In mijn regenmeter vond ik elf millimeter vanmorgen. Het is doodstil. Maar een enkele auto passeert. Een routinier zo te horen. Op hoge snelheid wordt er langs de wegversmalling gereden alsof het hier een hindernisbaan is, op e lekker kunt slalommen. In ieder geval is de vaart van de auto veel hoger dan de aangegeven dertig kilometer in de bebouwde kom. Een groot deel van het verkeer dat door ons dorp komt, zijn automobilisten, die deze route kunnen ,mdat ze hem iedere dag minstens twee keer rijden. Die weten ook dat de pakkans hier op het platteland met een uitgeklede politieaanwezigheid volkomen nihil is. Weer zo’n voorbeeld waaraan je kunt merken dat de basisvoorzieningen op het platteland de afgelopen decennia in kwaliteit achteruit zijn gehold. Ik woon nota bene in wat nog over is van een justitieel gebouw dat in 1885 hier neergezet werd om recht te spreken. Maar dat ook dienst deed als politiepost voor de dorpsveldwachter. Beneden in de kelder zijn nog de overblijfselen te zien van wat een kale cel geweest moest zijn, waar dronken boerenjongens die ergens ruzie hadden gekregen, hun roes mochten uitslapen. Oudere bewoners van Onderdendam vertelden dat je als kind vroeger maar beter geen mot kon krijgen met de veldwachter, Siesling genaamd . Die gaf je met zijn harde dienstschoenen een enorme trap onder je kont, als je kattenkwaad had uitgehaald. Spijsvertering Ik ga de brug af. Ergens in de verte snatert een wilde eend [ Anas platyrhynchos L. ]. Een meerkoet [ Fulica atra L. ] laat even nadrukkelijk van zich horen, wanneer ik voorzichtig de zestien treden naar beneden ga . Ik zet de eerste stappen op mijn wandelpad. Driekwart ervan kan ik voor me uit zien liggen. Ik snap nog steeds niet hoe het komt dat dit pad bestaand uit aaneensluitende betonplaten in het duister toch zichtbaar is tussen de landerijen. Het enige wat ik kan bedenken is dat zo’n compact dek beter het spaarzame licht weerkaatst dan die onregelmatige wirwar van grassprieten in de wei. Zelfs de sloot links weerkaatst vanochtend nauwelijks enig licht. Een scholekster [ Haematopus ostralegus L. ] hoor ik onder veel geschreeuw opvliegen vanuit de wei rechts. Hij vliegt een rondje over mij heen en aan het geluid te horen moet hij achter in de wei links van het pad zijn geland. Dat lijkt hem een veilige afstand. Ik sla de hoek om, laat Nantske los en met stevige pas begin ik het rechte stuk af te lopen richting Bedum. Een tweede scholekster is gealarmeerd door het lawaai van zijn soortgenoot. Komt vanuit het achterste deel van het perceel van Harm van der Giezen aanvliegen. Kruist in het donker mijn pad op nog geen vijf meter hoogte , ik hoor ‘ Whoesh..whoesh..whoesh…’. Dat is de luchtverplaatsing door zijn energieke manier van vliegen. Nantske schuift al snel onder een meidoornstruik om zich te ontlasten van iets dat meer water dan diarree lijkt. Het is duidelijk dat heel haar spijsvertering in de war is. Na afloop begint ze achter me aan te sjokken. Haar kop hangt triest naar beneden. We naderen mijn keerpunt. Een wilde eend vliegt op uit het laatste stukje sloot voor de ree van herenboerderij de Haver. Als ik daar aankom weet ik niet hoe snel ik me om moet draaien. En begin aan de terugweg. Voorjaar Nu heb ik de wind op kop. En het gaat ook harder waaien. En dat is niet omdat ik op de heenweg de wind min of meer in de rug heb gehad. Het waait echt een stuk steviger nu. De wind brengt waterkou vanuit de Noordzee het land op . Rechts begint een scholekster te rellen. De klok van de Hervormde Kerk slaat zes uur. Uit de buurt van de Havertsetocht laat een eend onder luid snateren aan soortgenoten weten waar hij zit. Ik ben dan al weer bij de hoek voor het laatste stuk. Heb harder gelopen dan normaal omdat ik het met Nantske toch niet helemaal vertrouw en naar huis wil. Kan je in zo’n situatie nog aan iets anders denken? Tja, er zijn zoveel zaken die ons nu benauwen, dat het de vraag is of we nog wel kunnen genieten overdag van lammetjes in de wei. Of wat het voorjaar verder zo schitterend maakt. Kan niet schelen dat het nu winters oogt ,dat het regent, hagelt of sneeuwt op dagen zoals gisteren. Toch lijkt het gras overdag al een beetje groener te worden. Over een paar weken zullen we niet beter weten dan dat de lente toch echt gekomen is. Voorgoed dan wel ……………………( wordt vervolgd ) Iedere ochtend tussen 04u00 en 07u00 doet Kees Willemen, journalist en (politiek ) tekenaar uit Onderdendam (Gr.) een ‘Winkelhaakje ‘. Dat is een wandeling van ongeveer 25 minuten met zijn hond Nantske ( een elf jaar oude Golden Retriever –jachtlijn ) aan de oostkant van het Boterdiep in Onderdendam, een klein dorp van 595 inwoners , 14 kilometer ten noorden van de stad Groningen. Dit is al weer de zevende jaargang van ‘ De winkelhaak ’. Nieuws