Vreemdeling, wie ben je? 29 september 2022 Toch wel een beetje horendol werden we, over de vluchtelingenkwesties. Rollende cijfers, standpunten, regelingen, schrijnende toestanden. En in deze deinende wereld nam ons aller gemeentebestuur 100 Oekraïners op, crisissituatie. Nam de noodopvang van asielzoekers op zich, crisissituatie. En vorig jaar om deze tijd ongeveer zo’n 500 Afghanen, geëvacueerd na de machtsovername van de Taliban. Zij werden ondergebracht in het linker deel van de kazerne in het Lauwersmeer, crisisopvang. Ironisch, er werken bij de Willem Lodewijk Kazerne militairen die in Afghanistan hebben gezeten en de Afghaanse vluchtelingen collega’s noemen. Die mensen hebben voor ons gewerkt, daar hebben we verantwoordelijkheid voor, zeggen ze achter de slagboom van het rechter deel van de kazerne. Bizar, in Afghanistan wérkten ze in de kampementen van de Nederlandse militairen, hier zijn ze vlúchtelingen in het kampement van Nederlandse militairen. Vreemdeling, wie ben je? Zaterdag bij de poort van de kazerne. Reza en Zolmia gaan naar Leens. Reza is in maart hier terecht gekomen via Iran, Quatar, Amsterdam, op uitnodiging, met vrouw en drie kinderen, jongens van 7, 4 en 2 jaar. In eenvoudig Nederlands legt hij uit dat hij als arts heeft gewerkt. Zolmia spreekt alleen Engels. Hij is in mei via dezelfde route geëvacueerd, met vrouw en zoontje van 10 maanden. Zolmia is geoloog. Het zijn vaders, zoals ik, en louter en alleen vanwege het feit dat ze voor Nederland hebben gewerkt is reden om te vrezen voor kogel of zwaard. Hoe is het leven? “Goed,” zegt Reza, “ik voel me veilig. Ik hoop terug te gaan als de situatie verbeterd is.” Zolmia is wat pessimistischer: “Ik wil ook terug, maar ik verwacht dat de Taliban nog wel jaren aan de macht zal blijven.” De mannen zijn moslims. De een soenniet, de ander sjiiet. Ach, we zijn er weer. Na de dood van Mohammed in 632 ontbrandde een machtsstrijd. De soennieten meenden dat de openbaringen van de profeet richtinggevend zijn. De sjiieten stelden dat het erfgoed in goede handen is bij de geleerden, de voormannen. En uiteindelijk leidt de scherpslijperij er toe dat moslims elkaar naar het leven gaan staan. “Wij zijn hier allemaal moslims,” zegt Reza. “Wij zijn goede moslims. De islam wil dat mensen hier op aarde goed en gelukkig leven.” Hij zoekt naar woorden: “Die Taliban zijn slechte mensen, dat zijn geen moslims.” Nederlanders zijn vriendelijk. Ze groeten meestal. Soms niet, en dat voelen de mannen als “uncomfortable”. Ze voelen dat ze soms openlijk genegeerd worden. Ze hebben heel veel steun van Nederlanders met wie ze in Afghanistan gewerkt hebben. Zolmia: “Ze helpen me met procedures, allerlei dingen. Ze komen me bezoeken, we bellen als er iets is.” Ja, er is ook één minpuntje. Er wonen twee gezinnen op één kamer. Dat geeft wel eens irritatie. Invoelbaar, ga maar eens een maand met je gezin in een jeugdherberg bivakkeren. Rond 1 november zijn de tijdelijke woningen voor de Afghanen klaar, in Winsum en Uithuizen. Voor ieder gezin een unit. De mannen stappen op de fiets, de Afghanenfiets. Het zijn die wat logge Swapfietsen, huurfietsen met reparatie-garantie. Ze zijn door een sponsor beschikbaar gesteld. Ze roepen me wat toe, wat ik in toon, gebaar en intensiteit herken als een vredeswens. “Een gezegende dag, mannen, ook voor jullie vrouwen en kinderen,” roep ik wat onwennig terug. Berto Merx (Op verzoek zijn de namen gewijzigd in veel voorkomende Afghaanse voornamen, zeg maar: Jan en Piet) Nieuws