22 december 2022 Onderdendam ( Gr. ) Donderdag 22 December 2022, 06u10 ( Wintertijd ): “ZW- wind. Windkracht 2 . Nauwelijks te merken, zo zacht waait het. Half bewolkt. De lucht is voortdurend in beweging, zo blijkt, als ik met onze hond Nantske het houten bruggetje over het Boterdiep opklim. Het ene moment zijn er minder sterren tussen de wolkenflarden te zien dan het andere. De eerste ster die direct opvalt in het zuiden hoog aan de hemel recht boven het kanaal is Regulus van het sterrenbeeld Leeuw [ Leo ]. En in het noordoosten hoog boven de boerderij van Sieb –Klaas Iwema pinkelt Mizar , de helderste ster van het sterrenbeeld de Kleine Beer [ Ursa Minor ] . Links beneden in de richting van Kantens heel gedempt als een speldenknop het licht van Vega, een ster van sterrenbeeld Lier [ Lyra ]. Door de nu bijna lege takken van de treurwilg aan de overkant schittert tussen de nevelflarden Arcturus, inmiddels bijna een vertrouwde verschijning rond dit uur daar hoog in het oosten. De ster maakt deel uit van het sterrenbeeld Ossenhoeder [ Boötes ]. Als ik me omdraai richting de Bedumerweg zie ik wel wat sterren boven ons huis en de huizen van de buren richting het dorp. Maar er schuiven nu wolken voor, dus is het wachten op het moment dat de hemel daar opschoont. Beneden op het water lijkt de zeer zachte wind toch greep te krijgen op het oppervlak van het kanaal. Kun je opmaken uit de vorm waaruit de weerkaatsing van het licht van de straatlantaarns bestaat. Nu zijn de normaal gesloten schijfjes licht op het water gespleten in twee stukken, die op slechts een punt nog aan elkaar vastzitten. Ze deinen op de langzame golfslag rond . Ik kijk eens verder om heen. De horizon in het oosten is hermetisch afgesloten door een brede wolkenbank. De toplichten van de drie windmolenparken zijn daardoor niet te zien. Ik ga met Nantske aan de lijn beneden. Laat haar vrij en zet spiedend richting het dorp de eerste stappen op mijn wandelpad. Karakteristieke geur Daar is overigens geen rede voor. Er komt niemand deze kant op. Gister namiddag is verder de wegkant van de sloot uitgebaggerd. Ik blijf dus maar zo ver mogelijk van de sloot vandaan om niet in baggerresten te stappen. Ga bijna tegen de berm van de wei rechts lopen. Ongeveer tien meter kan ik voor me uitkijken. Kijk over mijn schouder richting dorp. Boven de Molen Hunsingo , die sinds gisteren met een lichtende ster getooid is , is de hemel inmiddels vrij van wolken. Het sterrenbeeld Orion staat bijna geheel compleet boven onze dorpsmolen. De sterren Bellatrix en Betelgeuze zijn helder aan het flonkeren. Nog een graadje feller schijnt de topster van het sterrenbeeld Grote Hond [ Canis maior ]. Sirius domineert volledig dat stuk van de hemel. Ik kijk weer vooruit , blijf Nantske in de gaten houden , die vandaag zin heeft in even flink doorstappen. Ze is al bijna voorbij de hoek. Even later doe ik hetzelfde en sla af naar het zuiden. Nu blijkt hoe groot de weerschijn boven Bedum is. Het hele pad zeker tot de rij meidoorns wordt er door verlicht. Ook de sloot rechts van het pad deelt in deze indirecte verlichting. Als ik me even omdraai om te kijken of er soms nog iemand aankomt, vallen me hoog in het westen twee sterren op vlak bij elkaar. Onmiskenbaar de Tweelingsterren Castor en Pollux. Ook Aldebaran is nu goed te zien en verder meer n aar het noordwesten, Capella. Over het algemeen wordt die beschouwd als de zesde heldere ster aan de nachtelijke hemel en na Arcturus en Vega als de derde helderste in het noordelijk gedeelte ervan. Wij zien met het blote oog evenwel slechts één ster maar in feite gaat het om twee paren van ieder twee sterren: Capella Aa, Capella Ab, Capella H and Capella L . Inmiddels ben ik na het speuren in de hemel beland op het open, struikloze stuk. Kerstversieringen stralen in het donker. Op Onderwierum in het zuidwesten, een pseudokerstboom voor in de voortuin bij boer Harm van der Giezen in het zuiden en voor het eerst vandaag een grote lichtslang opgehangen aan de achterkant van boerderij de Haver. Van de twee gigantische boerenschuren wel te verstaan. Het mooie , gerestaureerde voorhuis staat frontaal gepositioneerd op het Boterdiep. Eigendom van het Groninger Landschap fungeert het als visitekaartje voor ons dorp dat alles bij elkaar 35 Rijksmonumenten rijk is. Inclusief eeuwenoude bruggen. Om de atmosfeer van deze ochtend vast te leggen moet je niet alleen turen de ondoordringbare duisternis in .maar ook ruiken. Het ruikt nog steeds naar het slib dat gisteren op de kant van de sloot richting wei werd gedeponeerd. Het werk wordt gedaan met een grote kraan op vier zware wielen die met een grijper van zeker anderhalve tot twee meter breed de halfvergane resten van riet en andere waterplanten van de bodem van de sloot weghaalt en de walkant op slingert. Overdag kun je de bagger nog zien liggen. ,Een blauwe kleurzweem zweeft boven diepzwarte stroken. Maar nu in het nachtelijk duister ruik je vooral de karakteristieke geur ervan. Een scherpe, weeïg makende stank. Hoe dichter ik bij de Haver kom , des te minder ruik ik die geur. Noteer als een woordenloze waarschuwing in de berm , dat uit de sloot ook een kuipstoel is gehaald. Waarom zou je zoiets doen? Ik meen een stoel te herkennen uit het Dorpshuis. Bedacht de dief dat het toch niet zo’n geweldig idee was om zoiets achter op de fiets mee naar huis te nemen. Of was het een dronken actie? Inmiddels ben ik op mijn keerpunt beland, de ree van herenboerderij de Haver. Ik zie nog net de tweede bus naar Groningen het dorp uitrijden, die van 6u31. Draai me om en ga op de terugweg. Bouwkundige technici Nantske haar lichtgevende halsband flikkert steeds zwakker. Ze is een meter of dertig achter blijven hangen. Ik vind haar weer terug bij de twee wilde appelbomen in de berm links. Het zicht is daar nauwelijks een meter of drie . Net voldoende om de zwarte streep die de berm van het pad onderscheidt te kunnen volgen. Nu het zo duister is, wil ik al zwalkend over het pad , – zo’n loopje heb ik nu eenmaal – niet in de schapenafscheiding rechts belanden en een pijnlijke struikeling maken. In de verte schuift een witte LED- lamp van een fiets over het Jaagpad langs het Boterdiep het dorp in vanuit Fraamklap. Geboeid volg ik de fietser. Daar rijden in het donker met een zompige oever rechts van je en een sloot links is best een waagstuk. Het talud waarop het Jaagpad ligt , is ook nog eens berenslecht onderhouden waardoor diepe kuilen in het asfalt zijn ontstaan. Om de scheuren in het pad op te vullen, dat vond indertijd de gemeente Loppersum al niet nodig en de fusiegemeente Eemsmond is kennelijk dezelfde mening toegedaan. Opvallend is hoeveel het Rijk verwacht van gemeenten in Groningen om te repareren en te herstellen ook na al die aardbevingen, terwijl ze steeds minder aan rijksbijdragen krijgen uit het Gemeentefonds. Daarnaast kampen gemeenten met een relatief nieuw verschijnsel. Personeelskrapte. Ook bij hen als publieke organisatie. Vooral mensen in de technisch- bouwkundige sfeer kunnen momenteel veel me elders verdienen. Dat betekent dat steeds meer experts van buiten moeten worden ingehuurd die vertrekken als de klus geklaard is. Ervaring wordt dan niet meer binnen de eigen ambtelijke dienst opgebouwd. Lerende organisatie Het zijn allemaal zaken die voorzienbaar waren. Maar die ook op het lokale niveau worden behandeld als ‘Wat overkomt ons nou? !’. En dat terwijl de cursussen over de overheid als lerende organisatie niet aan te slepen zijn. Tja, allemaal humbug. Als ik overdag over het Jaagpad naar de boerderij van Sieb-Klaas Iwema kuier, leren de kuilen en scheuren in het pad dat de lokale ambtenarij wel blijkbaar duizenden euro’s aan cursusgeld heeft uitgegeven, maar nog steeds stront in de ogen heeft………………………………………………..( Wordt vervolgd ) Iedere ochtend tussen 04u00 en 07u00 doet Kees Willemen, journalist en (politiek ) tekenaar uit Onderdendam (Gr.) een ‘Winkelhaakje ‘. Dat is een wandeling van ongeveer 25 minuten met zijn hond Nantske ( een elf jaar oude Golden Retreiver – jachtlijn ) aan de oostkant van het Boterdiep in Onderdendam, een klein dorp van 595 inwoners, 14 kilometer ten noorden van de stad Groningen. Nieuws