Stikstofoverschot landbouw in 2020 iets toegenomen 27 januari 2022 DEN HAAG – Het stikstofoverschot in de landbouw is in 2020 vergeleken met een jaar eerder met ongeveer 4,5 procent toegenomen naar 307 miljoen kilogram. Het grootste deel (219 miljoen kilogram) ging verloren naar de bodem, 6 procent meer dan in 2019. Het verlies van stikstof naar de lucht was ongeveer net zo hoog als voorgaande jaar, 88 miljoen kilogram. Vergeleken met tien jaar eerder is het verlies naar bodem iets gestegen en naar de lucht iets afgenomen. Dit blijkt uit de Mineralenbalans landbouw van het CBS. Het stikstofoverschot wordt berekend door de aangevoerde hoeveelheid stikstof (onder andere in de vorm van krachtvoer en kunstmest) te verminderen met de hoeveelheid die is vastgelegd in dierlijke en plantaardige producten en de stikstof die is afgezet buiten de landbouw. Het stikstofoverschot is gedeeltelijk afhankelijk van het vastleggen van stikstof in plantaardige producten dat afhankelijk is van het weer. 2020 was geen jaar met uitzonderlijke meteorologische extremen die significant effect hadden op de oogsten. In totaal werd er 84 miljoen kilogram stikstof via plantaardige producten afgevoerd, 3 miljoen kilogram minder dan in 2019. Er is vooral minder tarwe geoogst; het areaal tarwe liet in 2020 een daling zien. Verder werd er 208 miljoen kilogram in 2020 afgevoerd via dierlijke producten, nog geen procent meer dan het jaar ervoor. De twee belangrijkste bronnen van stikstof in de landbouw in 2020 waren krachtvoer (415 miljoen kilogram) en kunstmest (220 miljoen kilogram). De toevoer van stikstof uit zowel krachtvoer als kunstmest is 5 miljoen kilogram hoger dan in 2019. Stikstofoverschot net zo hoog als in 2010 Het stikstofoverschot was in 2020 bijna net zo hoog als in 2010 (306 miljoen kilogram). Wel zijn er verschillen te zien bij de in- en uitstromen. In tien jaar tijd steeg de afvoer van stikstof uit dierlijke producten met 11 miljoen kilogram (6 procent). Ook de afzet van stikstof buiten de landbouw is toegenomen, van 70 miljoen kilogram in 2010 naar 73 kilogram tien jaar later. Onder externe afzet valt onder andere export, mestverwerking en gebruik door particulieren. Het gebruik van kunstmest is in de laatste tien jaar toegenomen met 15 miljoen kilogram (7 procent) naar 220 miljoen kilogram. Het overschot van stikstof naar de lucht nam in tien jaar tijd met ongeveer 6 procent af naar 88 miljoen kilogram. De overschot naar de bodem steeg tegelijkertijd van 212 miljoen kilogram naar 219 miljoen kilogram, een toename van 3 procent. De stikstofdepositie daalde in tien jaar tijd van 44 miljoen kilogram (2010) naar 34 miljoen kilogram (2020), een afname van 23 procent. Stikstofdepositie is het neerslaan van stikstofdeeltjes uit de lucht op de bodem en in het water. De stikstofdepositie naar landbouwgrond met herkomst landbouw nam met 6 procent af. Die met herkomst van buiten de landbouw zoals van industrie en verkeer nam met 33 procent af. De stikstofvervluchtiging uit stallen is gedaald van 67 miljoen kilogram (2010) naar 59 miljoen kilogram (2020). Dit komt vooral door het gebruik van emissiearmere technieken zoals luchtwassers./Webredactie Nieuws