9 augustus 202210 augustus 2022 Onderdendam ( Gr. ) Dinsdag 9 Augustus 2022, 06u10 (Zomertijd ): “ NO- wind. Windstil. Helder, maar wel mistbanken, zeker twintig meter hoog. Ik heb nog niet de deur van ons huis achter me dicht gedaan of ik hoor hoog in de lucht ganzen. De weg ga ik op en wacht tot ze zichtbaar worden. Daar zijn ze : achtentwintig ganzen in linie plus op tien meter afstand een ‘ sergeant ‘ die de rij in vorm schreeuwt. Een verbijsterend gezicht. Ik geloof niet dat hier al sprake is van de beroemde ganzentrek. Daarvoor is het te vroeg in het jaar. Eerder lijkt me het logischer dat ze op zoek zijn naar nieuw mals gras, nu overal boeren hun percelen hebben laten maaien, vaak voor de vierde keer. Ik klim het bruggetje op. De lichten van de spoorbrug n Bedum zijn van hieruit niet te zien. Dat geldt ook voor de aalscholverbomen in het oosten. Alleen het topje wordt nu schitterend uitgelicht door het schijnsel van de opkomende zon. De takken hoog in de boom lijken wel in de fik te staan. Ergens snatert een wilde eend [ Anas platyrhynchos L. ]. Het is fris : acht graden maar. Sokken aan, lange broek en Jackjes- weer. Ik ga met Nantske naar beneden. In de kleine zesjarige es [ Fraxinus excelsior L. ] in de berm van het schelpenpad zit een jonge fitis [ Phylloscopus trochilus L. ] te roepen. Een scherp, helder, kort geluid, dat steeds ritmisch herhaald wordt. Even blijf ik gefascineerd staan luisteren. Dan zet ik mijn eerste stappen op mijn wandelpad. Zonder ook maar een kreet In de mist rent rechts door de wei een haas [ Lepus europaeus L. ] langs de omheining naar de slootkant. Om zich daar te verstoppen. Het is nog een jong beest. Drie jaar schat ik. Links achter me laat met een harde schreeuw een blauwe reiger [ Ardea cinerea L. ] van zich horen. Rechts voor me een lang aangehouden bromtoon. Het lijkt wel, maar dat zal wel blijken wanneer eenmaal de mist is opgetrokken is, dat een combine aan het werk is op het perceel met wintertarwe dat links achter de boerderij van Harm van der Giezen ligt. De zwarte kraai [Corvus corone L. ] die doorgaans op de hoek in de top van de meidoornstrook [ Crataegus monogyna L. ] zit, is inderdaad daar weer aanwezig. Tot we nog geen drie meter van hem vandaan zijn, blijft hij zitten. Pas op het laatste moment verkast hij naar de eerste struik verderop. Achter me zweeft met kalme vleugelslagen een blauwe reiger vlak langs de toren van DE KERK. Zonder ook maar een kreet te slaken. Ik sla de hoek om en kuier naar het zuiden. Voor honderd vijftig procent genieten Nantske loopt de wei links in. Daar heeft ze gisteren iets zitten vreten en ze wil kennelijk eens kijken of er nog meer ligt. Ik ga haar achterna. Haar diarree is inmiddels weer voorbij en ik wil niet dat dit gedoe opnieuw begint. Ze maakt er een spelletje van. En dus rent om 6u28 een mannetje met een dikke buik achter zijn hond aan in de mist. Uiteindelijk krijg ik haar toch weer de weg op . Dit allemaal ter hoogte van de rij meidoorns. Daar vertonen de bessen al hun eerste blosje. De mist lijkt op het eerste gezicht op te trekken. Niet iets wat onze hond interesseert. Die duikt weer de verhooide berm in. Gooit het hooi over zich heen , rolt om en om. Geniet voor honderd vijftig procent. Twee kraaien vliegen op tien meter hoogte boven het perceel van Harm van der Giezen. In de verte klinkt gebulder. Een sleepslangmest- verspreider van loonbedrijf Wieringa rijdt met twee trekkers met een mesttank achter zich het erf op van Harm van der Giezen. Nadat er voor de vierde keer gemaaid is, is het kennelijk weer tijd om de percelen te bemesten. De twee vaste mestverspreiders die nu over de Bedumerweg rijden geven aan dat er meer boeren zijn die zoiets van zin zijn. Maar de mist waarvan ik de eerste indruk heb dat hij gaat optrekken, blijft toch hangen. En het is nog steeds mistig als ik na tien minuten op mijn keerpunt beland, de ree van herenboerderij de Haver. Ik kijk nog even naar de esdoorns [ Acer pseudoplatanus L. ] . Die dragen, vooral de rechtse, al zaaddozen. Het lijkt wel herfst. Ik draai me maar snel om , roep onze hond en ga op de terugweg. Plattelandsleven Volgens mij is de mestpomp op het erf van Harm van der Giezen al aan het draaien. Een ratelend geluid klinkt. Ik duik weer de mist in en lange tijd is er niets dan mist om me heen. En een zon die wel hard schijnt en de oostelijke hemel in een Poetiniaanse troonzaal verandert, maar de mist niet echt doet verdwijnen. Dat blijft zo tot ik de hoek omsla voor het laatste stuk . Hoog in de blauwe lucht schittert een groepje van vier meeuwen,oogverblindend wit. Ik draai me om. Uit de mist komt een fietser tevoorschijn. Het is de Onbekende Fietsvrouw 5.0. Vandaag een zwart jack aan op dezelfde zwarte broek als gisteren en de bekende witte sneakers. Ze groet tijdens het passeren. Nantske, die tien meter voor me loopt , blaft haar nog even na. En dan lijkt het wel of de grote, gele treurwilg [ Salix babylonica L. ] ineens ontploft . Twaalf boerenzwaluwen [ Hirundo rustica L. ] spuiten van alle kanten uit het bladerdak. Tsjilpen, buitelen door de lucht over elkaar heen. Ineens is het voorbij met de doodse stilte. En de huiszwaluwen die een nest hebben gebouwd onder de uitstekende dakrand van mijn bijna- buren Geerlof en Brenda Stavast, voegen zich bij hen. Het is een feest om te zien. Dit is het plattelandsleven, waarom je hier en niet in de stad wilt wonen. Daarvoor neem je boerenactivisten die andere mensen het leven zuur maken maar op de koop toe. De zwaluwen zullen altijd het laatste woord hebben. Dat zou ik het liefst tegen Marc van den Oever van Farmers Defence Force , willen zeggen. Hoeveel zielige rechtszaken, zogenaamd wegens het schenden van zijn eer en godbetert ‘zijn goede naam ‘ook aanspant . ‘Goede naam? ‘. Na alle drek die hij tegen de zogenaamde ‘elite in Den Haag heeft uitgeschreeuwd. Laat me niet lachen …………………………..( wordt vervolgd ) Iedere ochtend tussen 04u00 en 07u00 doet Kees Willemen, journalist en (politiek ) tekenaar uit Onderdendam (Gr.) een ‘Winkelhaakje ‘. Dat is een wandeling van ongeveer 25 minuten met zijn hond Nantske ( een elf jaar oude Golden Retriever –jachtlijn ) aan de oostkant van het Boterdiep in Onderdendam, een klein dorp van 595 inwoners , 14 kilometer ten noorden van de stad Groningen. Nieuws