Column: PVV-er zijn is niet gemakkelijk 30 oktober 20214 maart 2022 HET HOGELAND – Zo af en toe valt er een uitnodiging in de mailbox waar je even over na moet denken. Afgelopen week stuurde Ton van Kesteren, lid van de gemeenteraad Groningen, lid van Provinciale Staten en lid van de Eerste kamer me een uitnodiging om een bijeenkomst van de Partij voor de Vrijheid in Groningen bij te wonen. Ik had Van Kesteren een aantal maanden geleden voor het eerst getroffen bij een hoorzitting van de klachtencommissie van de gemeente Groningen. Van Kesteren stond een ondernemer bij die door de Coronamaatregelen in grote problemen verkeerde, financieel, lichamelijk en geestelijk. Ik vond het opmerkelijk hoe het Eerste Kamerlid zich inspande voor een hardwerkende ondernemer die overal tussen wal en schip was gevallen, failliet dreigde te gaan en er geestelijk aan onder door dreigde te gaan, samen met zijn gezin. “Kom gewoon eens kijken en luisteren”, stond er in de uitnodiging, “je kunt natuurlijk schrijven wat je wilt, zonder censuur.” Ik betrapte mezelf erop dat ik over de uitnodiging langer nadacht dan normaal. Wat had ik op de bijeenkomst te zoeken, wat voor nut had het, zou ik erover schrijven, zou ik erover durven te schrijven? Ik vroeg wat vrienden en een collega om raad en eigenlijk schrok ik van de waarschijnlijk goedbedoelde adviezen, niet doen, niet gaan, niet over schrijven. Er is geen journalist die zijn vingers er aan brandt, je wordt gelijk als sympathisant bestempeld en daardoor een racist of bruinhemd. “Eigenlijk kun je er niet over schrijven”, appte een goede vriend en dat was misschien wel de beste reden om wel te gaan. Me op voorhand de mond laten snoeren, de pen niet ter hand nemen, daar ben ik nou net te eigenwijs voor, vrijheid van meningsuiting en persvrijheid voor alles en zo meldde ik me vrijdagavond met notitieboek, een pen en fototoestel in de zaal van de drafbaan in Groningen. Ruim voor de bijeenkomst officieel begint praat ik even met een oudere vrouw. Ze vertelt dat ze tientallen jaren als docente Nederlands in het onderwijs heeft gewerkt en daar met grote voldoening op terugkijkt: “Met kinderen werken is het mooiste wat er is.” De zaal loopt inmiddels aardig vol. Ik probeer een inschatting te maken van het gezelschap. Er zijn iets meer mannen dan vrouwen, er zijn vooral mensen van middelbare en gevorderde leeftijd. Ik schat het percentage ‘ondernemers’ hoog in, wel een groep Friezen. Tegen mijn verwachting in zit er geen enkele ‘Tokkie’ in de zaal. Eén van de Friezen vraagt vriendelijk wat ik kom doen, op bijeenkomsten van de PVV heeft hij nog niet veel journalisten gezien. De avond wordt geopend en aan elkaar gepraat door het duo Blauw en Blaauw, twee jongere aanhangers van het gedachtegoed van de derde partij in Nederland. Ze vertellen dat er voor locatie de drafbaan gekozen is omdat de gemeenteraad van Groningen kortgeleden heeft besloten om na een periode van meer dan 100 jaar de traditie van Groningen Paardenstad een forse deuk te bezorgen door de drafsport weg te stemmen. Ton van Kesteren c.s zijn er in geslaagd om drie Kamerleden naar Groningen te laten komen, Machiel de Graaf, Alexander Kops en Martin Bosma. Alexander Kops en Martin Bosma Het lijkt geënsceneerd, maar op het moment dat Machiel de Graaf zijn voordracht over totalitaire systemen, de Islam en het communisme, begint zet in een belendende zaal een harmonieorkest een serie van geestelijke muziek in, de zaal kan er hartelijk om lachen. Na de pauze is het katheder voor Alexander Kops, die stilstaat bij het schuldgevoel dat volgens hem de mensen wordt aangepraat met betrekking tot het klimaat. “Regent het, schuld van het klimaat, regent het niet, schuld van het klimaat. We praatten eerst over het klimaatbeleid, nu gaat het al over een klimaatcrisis, maar het gaat eigenlijk over (herverdeling van) geld”, aldus Kops die D66, GroenLinks en PvdA-er Frans Timmermans als grote aanjagers van de stemmingmakerij noemt. Op vragen uit de zaal antwoordt Kops heel duidelijk, Nederland moet helemaal niet van het gas af, het gas moet alleen niet uit de bodem van wingewest Groningen gehaald worden. Ook pleit het vlot uit het hoofd sprekende Kamerlid voor kerncentrales, maar ook die moeten aan Groningen voorbijgaan. De vragen uit de zaal worden goed geformuleerd, geven blijk van kennis van zaken en worden navenant beantwoord. Martin Bosma behoort tot de top als het om debatteren, kennis en voordragen gaat. De sympathie voor de begenadigde spreker groeit in de zaal als Bosma vertelt dat zijn roots in Groningen liggen, Opa Bosma had een café op een steenworp van café De Beurs aan de Vismarkt. Bosma’s voordracht begon met het recente voorval tussen Kamerlid Renske Leijten (SP) en BIJ1-leider Sylvana Simons tijdens een debat over de begroting van het ministerie van Binnenlandse Zaken over een aantal tweets over racisme. “Als twee viswijven gingen ze tegen elkaar tekeer, zelfs nog in de wandelgangen. Ik dacht dat dit soort gedrag alleen bij de PVV voorkwam”, grapte de spreker. Of de duvel ermee speelde zette het, nog steeds repeterende muziekgezelschap in de naastgelegen zaal ‘Zie ginds komt de stoomboot in’, hetgeen gelach en applaus opleverde onder de PVV-ers. Zijn we nog vrije burgers, is er nog sprake van een democratie of is er sprake van een soort sekte die aan de macht is, vroeg Bosma zich af. “Nederland is hard op weg om een totalitaire staat te worden”, aldus Bosma. Als voorbeelden van de bemoeienis van de elite noemde hij, de kunst, de literatuur, de taal, musea, geschiedenis, voeding, feesten en tradities, universiteiten en het klimaat. “In Nederland heerst totale gekte” concludeerde Bosma aan het einde van zijn betoog. Een student Nederlandse taal en cultuur gaf vanuit de zaal voorbeelden over hoe tegenwoordig de colleges op de universiteit worden gegeven, een ongelooflijke wirwar om voor diversiteit alle (onmogelijke) ruimte te creëren. Na de toespraken was het tijd voor cadeautjes en foto’s. “Herinneringen aan een goede bijeenkomst in Groningen” volgens Ton van Kesteren. Vlaamse Belang- politicus Johan Deckmyn werd bedankt voor zijn komst naar het hoge Noorden en er werd voorzichtig voorgesorteerd op een samenvoeging van Vlaanderen en Nederland, hetgeen in mijn gedachten een prachtig nieuw nationaal voetbalteam zou betekenen en traditionele wielerkoersen (o.a. Ronde van Vlaanderen) in eigen land. De bijeenkomst van de Partij voor de Vrijheid was gezellig, er is geen onvertogen woord gevallen, van racistische uitlatingen geen sprake, maar waarom dan ‘PVV-er zijn is niet gemakkelijk’ als kop boven deze column? Tijdens de afsluitende borrel bleek tijdens informele gesprekken meerdere malen dat aanhangers van de PVV last hebben door hun politieke voorkeur. “Ik raakte heel veel klanten kwijt toen ik vertelde dat ik PVV had gestemd”, “Mijn dochter werd uit haar sportteam gezet omdat we een verkiezingspamflet van de PVV voor het raam hadden gehangen”, “Veel van mijn collega’s negeren me sinds ze weten dat ik PVV stem”, “Ik zou best in de gemeenteraad willen voor de PVV, maar ik durf niet”, “Ik moest maar een andere baan zoeken”, “Ik houd mijn mond maar dicht, je wordt gelijk als racist bestempeld.” Ik ben tevreden dat ik wel gegaan ben en deze column geschreven heb, je moet in Nederland kunnen zeggen en schrijven waarover en wat je wilt. Tekst en foto’s: Cees van de Meent Overige