De Adventskalender, laten we het eens over naastenliefde hebben

De Adventskalender van de Ondernemersvereniging Winsum is een interessant voorbeeld van een heruitvinding van een ritueel. Over naastenliefde, loterij en volksdevotie.

Als kind heb ik nog een adventskalender gehad. Het was een blad met raampjes en als je die open vouwde kreeg je een tekstje, afbeelding, spreukjes die je herinnerden aan het grote Kerstverhaal. Het verhaal van Maria en Jozef die na allerlei toestanden uiteindelijk in Bethlehem in een stal een kindje kregen. De vier weken voorafgaand aan Kerstmis heten Advent, van het Latijn voor ‘komst’, van ‘advenire’, komen, de tijd van afwachten op de komst van het Kindje Jezus. De christenen hebben de 33 jaar geschiedenis van Jezus in een kalenderjaar samengepropt om jaarlijks dat leven te herdenken. Een beetje eenvoudig gezegd: Met de geboorte van Jezus begint dat kerkelijk jaar en de adventtijd is aanloop daar naar toe.

De adventskalender is ongeveer 150 jaar geleden ontstaan in zuidelijk Duitsland en Oostenrijk en is in de katholieke gebieden gretig overgenomen. Het was een handzaam dingetje in de catechese, de geloofsoverdracht. Een praatje – het kerstverhaal – een plaatje en een daadje, het raampje openvouwen elke dag. Heel modern pedagogisch-didactisch handelen eigenlijk, het staat in de handboeken als praatje-plaatje-daadje.

Die adventskalender is een ritueel. Een ritueel is een handeling, met een verhaal erbij, gebaren, voorwerpen waardoor iets een aparte status krijgt, heel bijzonder wordt, afgezonderd wordt van het gewone. Het wordt heilig, sacraal, anders dan het niet-heilige, het profane. Ja, de Advent is een heel bijzondere tijd, een periode afgescheiden van de rest van het jaar. Met een eigen heilig verhaal en dagelijkse handelingen die dit uitdrukken en bevestigen.

Deze adventskalender was volksdevotie, dat is breed verspreide vroomheid, toewijding aan het religieuze dat naast of deels onafhankelijk van de officiële kerk bestaat. En als het erg populair is door de kerk wordt overgenomen. Er is geen kerkleer over die kalender, in de voorschriften staat er niks over. Maar het was wel een handig ding om een deel van de inhoud van de volkskatechismus, het kleine boekje met de geloofsleer in kort bestek, te laten inzinken. Ach, hoe mooi was het, om telkens na het avondgebedje, een venstertje van het kerstverhaal te openen en mee te gaan met het verhaal.

Er is nog een ding dat aandacht verdient. De adventtijd was een vastenperiode, een tijd van bezinning, matiging en naastenliefde. Zoals bekend is de kern van de boodschap van Jezus met één woord samen te vatten: naastenliefde. Het was de tijd van inzamelen voor een in de parochie min of meer bekende missionaris die ergens in een tropisch land behoefte had aan een motorfiets of een schoollokaaltje of ziekenhulppost.

Zo’n veertig jaar geleden verdween de adventskalender goeddeels. Laten we zeggen dat in de modernisering van het katholicisme de volksdevotie weggevaagd werd als bijgeloof, kinderlijk en/of dommig of misbruiken. De kindertjes moesten maar hun beleving zien te vinden in de didactisch verantwoorde werkboekjes met ongeveer-verhaaltjes en kleurplaten enzo. De naastenliefde is vervangen door de Stichting Vastenactie die met de opbrengst van de adventsactie – zo’n slordige 730 duizend euro – projecten in de Derde wereld uitvoert.

De adventskalender als rituele heiliging van de tijd is heruitgevonden. Op streng-katholieke websites vind je hem terug, maar wel een beetje streng-onaangenaam uitgevoerd. De PKN heeft er een maar die vullen hem dit jaar met het bijbelboek Openbaringen, de Apokalyps, het boek over de toekomende tijd. Een paar jaar geleden heeft de winkeliersvereniging van Winsum hem heruitgevonden. Een heruitvinding is nooit gelijk aan het origineel, dat moeten we even vasthouden.

Mooi is het idee om de kersttijd wat méér op te werken dan alleen met de kerstverlichting in de straten. Heel apart is het idee om de kalender te verbinden met een goed doel, dit jaar het kindervakantiewerk van Humantas. Ja maar, het is toch ook een commercieel dingetje?

Ja, dat is waar. Maar, die kalender zet – nog wat zwakjes – toch een speciale tijd in de aandacht. Dat zal ongetwijfeld nog beter worden. Ja maar, het is een loterij, die lage hartstochten opwekt. Dat is zo, maar als je dat weet, kun je die hartstochten wel wat in toom houden. Maar, is het niet beter om dat kinderwerk gewoon subsidie te geven? Jazeker, dat is veel efficiënter. Dan doen we allemaal mee via de belasting die we betalen en persoonlijk doen we niks.

Het leuke van die kalender is dat we het nu hebben over Jezus, de naastenliefde, over kinderen in moeilijke omstandigheden, over ondernemers, lage hartstochten. Er over praten is het begin van iets doen. En dat commerciële doel? Ach, dat weten we wel. En uiteindelijk wordt alles beter, nog beter. Zo zou ik de Winsumer kalender Adventskalender hebben genoemd. Met een -s voor de tweede naamval.

Zo zie je maar weer. Als we het erover hebben……

Berto Merx

 

 

 

 

 

 

Bericht, tip, foto, video, activiteit enz. voor Omroep het Hogeland? Klik dan hier !